donderdag 1 december 2011

Eindrapport Taskforce Verlichting overhandigd aan Staatssecretaris Joop Atsma

Dinsdag 29 november 2011 is het eindrapport van de Taskforce verlichting uitgebracht.
Hier volgen een paar items uit het rapport:

Koplopersaanpak
De projectgroep Openbare Verlichting van de Taskforce Verlichting heeft via een zogeheten ‘koplopersaanpak’ gemeenten en provincies gestimuleerd om een plan van aanpak op te stellen voor energiebesparing in de openbare verlichting en maatregelen uit te voeren.
De koplopersaanpak hield in dat actieve gemeenten en provincies andere gemeenten en provincies enthousiasmeerden om hier mee aan de slag te gaan.
In bijna alle provincies zijn bestuurlijke bijeenkomsten georganiseerd.
Verder is er een netwerk van bestuurlijke ambassadeurs ingesteld.
Verschillende provincies hebben een actieve bijdrage geleverd aan de koplopersaanpak, door het instellen van kennisnetwerken (onder meer Overijssel, Gelderland en NoordHolland) en het verlenen van subsidie aan gemeenten (onder meer Overijssel en Utrecht). Het Rijk hee ft de koplopersaanpak ondersteund via de Stimuleringsregeling Lokale Klimaatinitiatieven.
Op basis van deze regeling hebben 250 gemeenten subsidie ontvangen voor het opstellen van een plan van aanpak.

Ondersteuning van beheerders
Voor de beheerders van de openbare verlichting in gemeenten en provincies zijn er – in samenwerking met het Intergemeentelijk Overleg Openbare Verlichting (IGOV) – circa 15 workshops
gehouden, over led, duurzaam inkopen en dimmen. Gemeenten en provincies zijn verder inhoudelijk geïnformeerd via een nieuwsbrief en de website van Agentschap NL



Pilots met led
In samenwerking met gemeenten en leveranciers heeft Agentschap NL in 2008 en 2009
40 proefprojecten geëvalueerd op het gebied van ledtoepassingen in de openbare verlichting. Uit deze evaluatie kwam naar voren dat led inmiddels goed toepasbaar is in de openbare verlichting en dat bewoners over het algemeen tevreden zijn met ledverlichting. De gerealiseerde energie besparing was gemiddeld 10 tot 15%. Als gevolg van de technologische ontwikkeling en de mogelijkheden die led voor dimmen levert,is deze inmiddels aanmerkelijk hoger. De ervaringen uit de pilots zijn onder gemeenten en provincies verspreid. Inmiddels wordt led breed toegepast in de openbare verlichting. Sommige gemeenten (zoals Tilburg) vervangen conventionele verlichting grootschalig door led.



Nieuwe richtlijn openbare verlichting
Op verzoek van de Taskforce Verlichting heeft de NSVV een nieuwe
Richtlijn Openbare Verlichting opgesteld, die meer mogelijkheden biedt op het gebied van energiebesparing en dimmen.
De oude richtlijn (NPR13201) betekende soms een belemmering voor gemeenten en provincies om te kiezen voor energie- en kosten besparende technieken, zoals dimmen. De nieuwe Richtlijn
Openbare Verlichting (ROVL-2011) biedt hiervoor meer mogelijkheden. Het uitgangspunt van de nieuwe richtlijn is: 'donker tenzij' en 'duurzaam moet'. De richtlijn geeft veel meer ruimte voor het variëren van de hoeveelheid licht. A fhankelijk van het gebruik, de periode en kenmerken kunnen in een gebied tot vier verschillende lichtniveaus worden aangeboden. De energiebesparing die dat kan opleveren is significant.



Mede naar aanleiding van de nieuwe richtlijn is er onderzoek uitgevoerd naar de energetische voordelen van verlichting die is afgestemd op de wijze waarop mensen in het donker of bij schemer kijken (zogeheten ‘mesopisch zien’). Met de meeste verlichting wordt getracht de dagsituatie na te bootsen. Daarvoor is veel licht benodigd. De energetische voordelen van verlichting die afgestemd is op de wijze waarop mensen in het donker kijken worden ondertussen door velen onderkend. Het onderzoek hee ft echter niet tot aanpassing van de richtlijn geleid, door de vele onduidelijkheden die er nog zijn.




Financiering van investeringskosten
In veel gemeenten en provincies lukt het niet om extra budget voor investeringen in energiebesparende maatregelen te krijgen, ondanks het feit dat dit de gemeente of provincie na de terugverdientijd - van bijvoorbeeld tien jaar - geld oplevert. Over dit knelpunt heeft overleg plaatsgevonden met de Bank Nederlandse Gemeenten. Door de BNG is aangegeven dat het voor gemeenten en provincies geen probleem is om – tegen lage rente – een leningbij de BNG af te sluiten om de investeringskosten te betalen.
Op verzoek van de taskforce werkt de BNG aan een financieringsregeling, waardoor investeringen in de openbare verlichting niet meer vooraf, maar in de loop der jaren (uit de lagere energie- en
onderhoudskosten) betaald kunnen worden.

Donkertebeleid
Door de provincies is gezamenlijk – en in samenwerking met het toenmalige ministerie van VROM – het Handboek Licht/donker (Arnhem, 2010) opgesteld, met daarin het beleidskader en de
instrumenten waarmee provincies ‘donkertebeleid’ in praktijk handen en voeten kunnen geven. In grote lijnen gaat het daarbij om mogelijkheden op het gebied van het ruimtelijke ordeningsbeleid, het milieubeleid, de Wet Milieubeheer, het natuurbeleid en de openbare verlichting. Alle provincies zijn op één of meerdere van deze terreinen gestart met de implementatie van donkertebeleid in hun provincie.

Heerenveen
Heerenveen kiest voor duurzame verlichting op maat.
Openbare verlichting is niet meer wat het vroeger was. De eisen van de eindgebruikers (bewoners) zijn veranderd. De techniek heeft niet stilgestaan en de samenleving vraagt om andere prioriteiten. “Het licht mag af en toe ook uit en bewoners willen graag
licht op de stoep en op gezichtshoogte”, aldus Rixt Muller, adviseur duurzaamheid van de gemeente Heerenveen. Heerenveen springt hier op in en kiest bewust voor duurzame verlichting op maat.
Heerenveen zoekt naar de balans tussen enerzijds energiebesparing, minder lichtvervuiling en lagere onderhoudskosten en anderzijds woonkwaliteit, veiligheid en beleving.
Sociaal draagvlak is voor Heerenveen een voorwaarde voor een succes vol besparende lichtplan. Bewoners zijn actieve deelnemers bij de ontwikkeling en uitvoering van de plannen.

Aanleiding
Net als veel andere gemeenten werkt ook Heerenveen met een urgente besparingsopgave. De gemeente stelde een beleidsplan op voor de periode 2008-2011. Daarin staan twee doel stellingen: terugdringen van CO2-uitstoot en besparing van harde euro’s. De tot dan toe gehanteerde richtlijnen voor openbare verlichting van NSVV bleken onvoldoende toegesneden op deze gemeente. Burgers klaagden over te veel licht.
Aangezien een richtlijn geen wet is, ontwikkelde de gemeente gemeentelijk lichtbeleid op maat. Ambities: twintig procent besparing in 2011 (t.o.v. 2006) en vij ig procent in 2020.



Light Challenge
Samen met de gemeenten Groningen en Assen initieerde Heerenveen de Light Challenge 2011, een ontwerp wedstrijd voor universiteiten en hogescholen om te zoeken naar innovatieve verlichting. Onlangs werden de resultaten van de Light Challenge gepresenteerd: drie prototypes van lichtontwerpen. Het ontwerp van het winnende team wordt daadwerkelijk gerealiseerd.
Heerenveen heeft in de afgelopen jaren als gevolg van het gemeentelijke lichtbeleid in de openbare ruimte al flink bespaard.In het buitengebied is dankzij nieuwe ledverlichting
en verminderen van het aantal lichtpunten een besparing van vijftig procent gerealiseerd. Ook binnen de bebouwde kom slonk het aantal lichtmasten en werd conventionele verlichting
vervangen door ledverlichting. Met de Light Challenge 2011 wil de gemeente Heerenveen een flinke stap in de toekomst zetten.




Stadskanaal
Stadskanaal houdt het buiten donker. Het Groningse Stadskanaal heeft de ambitie om verantwoord om te gaan met energie. Vertaald naar openbare verlichting resulteert die ambitie in de concrete doelstelling om een energiebesparing van 40 procent te realiseren. Daarnaast wil Stadskanaal nog eens 65 procent besparen op de onderhoudskosten.
De doelstellingen van Stadskanaal zijn vastgelegd in het beleidplan ‘Verlichting op Maat’ dat op interactieve wijze tot stand kwam door burgers en wijkvertegenwoordigers direct te betrekken bij de visievorming. Belangrijk uitgangspunt voor het beleid is om alleen van verlichting gebruik te maken als het noodzakelijk is.
Volautomatisch maatwerk. Dit uitgangspunt vormde de basis voor het nemen van concrete
maatregelen, zoals het gebruik van dimmers en ledverlichting en het vervangen van conventionele armaturen. Een dynamisch telemanagementsysteem, dat lichtmasten op afstand laat
communiceren met de computers van Stadsbeheer, staat centraal in deze aanpak. Dimmen gebeurt volledig automatisch, en bovendien houdt het systeem rekening met verkeersintensiteit, weersomstandigheden en de aanwezigheid van fietsers.



Vervangen moeten we toch
Vanaf 2010 is gestart met het vervangen van de lichtmasten in Stadskanaal. Ondanks de meerkosten van 150 euro per lichtmast besloot de gemeenteraad die investering te doen.
‘Vervangen moeten we toch’, was de redenatie. In 2020 moeten 4000 lichtmasten en 7000 armaturen
zijn voorzien van ledlampen die klaar zijn voor dynamisch tele management; 87 procent van het geheel aan openbare verlichting.

Bron: Eindrapport Taskforceverlichting. Foto's: Eigen